measure

Meggie’s tips om Topigs Norsvin zeugen te voeren rond het werpen

Meggie Habets is adviseur voeding en lid van het adviesteam van Topigs Norsvin. Dit team van specialisten geeft advies aan klanten, maar ook aan voerproducenten en adviseurs met betrekking tot voedingsbehoeften om het maximale potentieel van Topigs Norsvin-genetica te ontsluiten.

De voedingsbehoeften van de moderne zeug zijn veranderd en tegenwoordig dienen we extra attent te zijn bij voerovergangen, zoals rondom het werpen.

Meggie’s tips om de Topigs Norsvin zeugen rond het werpen te voeren:

  • Verplaats zeugen 5-7 dagen voor de verwachte werpdatum naar de kraamhokken en controleer of ze de juiste voersoort en hoeveelheid krijgen.
  • Indien mogelijk: gebruik een speciaal transitievoer voor de dagen rondom het werpen. Voordeel is dat de voergift kan worden vergroot zonder negatieve effecten op de uierontwikkeling en de start van de melkproductie. Dit voorkomt obstipatie en geeft meer ontspannen zeugen. Voer het vanaf het moment van aankomst in de kraamafdeling tot 2-3 dagen na het werpen. Als dit niet mogelijk is, zorg dan voor een soepele overgang van grondstoffen tussen dracht- en lactatievoer en hou de energieopname per dag gelijk.
  • Een goede overgang van dracht naar lactatie moet gericht zijn op een vlotte overgang van grondstoffen, maar ook op het juiste type vezels en de elektrolytenhuishouding. Sommige vezels hebben een laxerend effect, andere (bijvoorbeeld gerst) zorgen voor vastere mest
  • Een juiste voeropname is cruciaal. Een hoge voeropname kan leiden tot problemen zoals mastitis, metritis, agalactia (MMA). Een lage voeropname kan leiden tot constipatie, een lage energieopname leidt tot een langere kraamtijd met als gevolg meer doodgeboren biggen en prolapsen.
  • Voeg de juiste componenten toe om de lever te beschermen en stimuleren (choline, L-carnitine, citroenzuur en B-vitamines.
  • Vrije toegang tot water is essentieel omdat een beperkte wateropname kan leiden tot constipatie, uitdroging en mogelijk ook verband houdt met het optreden van prolapsen.

Share this post:

Het minimale Topigs Norsvin vaccinatieschema

Het vaccineren van fokdieren heeft een grote invloed op de bescherming van de gelten. Het  invoerproces van fokdieren bij u als klant moet bestaan uit quarantaine, vaccinatie, adaptatie en cooling down. Daarom is er een uitgebreid vaccinatieschema voor kruisingsgelten op al onze fokbedrijven met conventionele gezondheidsstatus. Gezonde dieren zijn er bij gebaat om met weerstand, verkregen door vaccinatie, uitgeleverd te worden. 
 
Bij uitlevering van fokdieren wordt een overzicht van de uitgevoerde entingen en de data waarop de entingen zijn uitgevoerd meegeleverd. De standaard vaccinatieschema per fokbedrijf, inclusief leeftijden en merknamen van de gebruikte vaccins, zijn op de website te vinden en zijn op aanvraag te verkrijgen. 
 
Hieronder staat het standaard vaccinatieschema voor Topigs Norsvin gelten met een conventionele gezondheidsstatus. 

Let op dat u als ontvanger van de fokdieren deze met de juiste vaccins vaccineert. Overleg met uw bedrijfsdierenarts indien u een ander vaccin wenst te gebruiken. 
Vrijstelling voor PRRS vaccinatie is door het fokbedrijf onder bepaalde voorwaarden aan te vragen bij Topigs Norsvin. 
Vaccinaties moeten worden toegediend volgens de bijsluiter.  
Aanvullende vaccinaties: overleg met uw dierenarts. 

N.B.: In het kader van het Pm+-vrij certificaat zijn entingen die Pasteurella antigenen bevatten niet toegestaan. 

Adapteren

Naast quarantaine en vaccinatie, is adaptatie van gelten van belangrijke stap voor de stabiele gezondheid van het ontvangende bedrijf. Vaccinatie beschermt de dieren in bepaalde mate tegen klinische symptomen en kan ook de infectiedruk reduceren. Adaptatie blijft altijd van belang voor een solide weerstand. Op een bedrijf komen naast de hierboven genoemde kiemen vaak ook nog een groot aantal andere bedrijfsspecifieke kiemen voor waarvoor geen vaccins verkrijgbaar zijn.  
 
Instroom van gelten moet verlopen volgens het principe: Quarantaine, vaccinatie, adaptatie en cooling down. Elke fase heeft tijd nodig, en dit proces moet gebeuren in een ruimte die goed gescheiden is van de reeds aanwezige zeugen op het bedrijf.

Topigs Norsvin schema voor ontwormen van fokgelten en beren

Fokgelten mogen in verband met het schurftvrij-certificaat niet ontwormd worden met middelen die een werkzame stof uit de groep avermectines bevatten (bijvoorbeeld Ivomec, Dectomax, Euromec).  
Gebruik van levamisol als werkzame stof wordt afgeraden, aangezien er resistentie voor dit middel bestaat en het oraal niet altijd goed wordt opgenomen door de varkens vanwege de bittere smaak. Daarnaast heeft levamisol een korte werkingsduur en geeft toxiciteit bij te hoge dosering.  
Er zijn nog voldoende alternatieven op de markt die bijvoorbeeld de werkzame stoffen flubendazol, fenbendazol of febantel bevatten.  
 
Voor de niet wormvrije fokbedrijven wordt geadviseerd de opfokvarkens te ontwormen volgens een effectief schema in overleg met de bedrijfsdierenarts. Hierbij moet de laatste ontworming binnen 5 weken voor uitleveren van de dieren plaatsvinden.